Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Wanneer uw broeder, [9]de zoon uwer moeder, of uw zoon, of uw dochter, of de vrouw [10]van uw schoot, of uw vriend, die [11]als uw ziel is, u zal [12]aanporren in het heimelijke, zeggende: Laat ons gaan, en dienen andere goden, die gij niet gekend hebt, gij noch uw vaderen; 9. Die u door het recht der natuur en den band des bloeds nader is dan andere Israelieten, die ook om de gemene afkomst van Jakob uw broeders genoemd worden. 10. Dat is die in uw schoot slaapt. Zie Micha 7:5. Alzo wordt daarentegen de echte man genoemd: De man van haar [der vrouwe] schoot; onder, hfdst.28 vs.56. Anderen: De vrouw van uw schoot; dat is, die u zeer lief is. 11. Dat is, die gij zo liefhebt als uw eigen persoon. 12. Of, aanzoeken.